Studentenkamers en hotel
Casa400 ligt in het Eenhoorngebied in Amsterdam Oost. Hier past het gebouw, dat met ruim vijfhonderd kamers een van de grootste hotels van Amsterdam is, goed tussen andere kolossen als het Europagebouw van de HvA, het James Watt-gebouw en de kantorencomplexen aan de overkant van de Gooiseweg. Gedurende het studiejaar is het gebouw echter niet gewoon een hotel, maar wordt het grotendeels bewoond door studenten.
Volksverhuizing
In 1962 opende Casa400 haar deuren voor zowel studenten, die er tijdens de studieperiode woonden, als hotelgasten, die er in de zomermaanden een kamer boekten. Op een steenworp afstand van het oorspronkelijke gebouw is nu het vernieuwde Casa400 herrezen. Ook dit keer is het zowel hotel als studentencomplex, maar nu is er in honderdvijftig kamers het hele jaar door ruimte voor hotelgasten. Toch vindt er twee keer per jaar nog steeds een kleine volksverhuizing in het gebouw plaats, als de studenten in de overige kamers voor de zomerperiode hun spullen pakken en Casa400 (tijdelijk) verlaten, of het aan het eind van de zomer weer betrekken.
Dubbele doelgroep
Een lastige taak voor architectenbureau OZ was om het gebouw geschikt te maken voor zowel studentenwoningen als hotelkamers. Allereerst moesten er ruim vijfhonderd kamers in het gebouw gepast worden. Daarnaast moesten deze kamers zowel de luxe kunnen bieden die het hotel uit wil stralen, als tegen een stootje kunnen voor de er buiten de zomermaanden wonende student. Omdat er in de nieuwe uitvoering van Casa400 ook vaste hotelkamers zijn, zijn voor de twee verschillende groepen ‘bewoners’, anders dan voorheen, gescheiden routes door het gebouw gemaakt. Voor de studenten is er een aparte ingang, om de hoek van de hoofdingang, met daarnaast de mensa.
Congreszalen
Ook zijn er congreszalen gebouwd, vernoemd naar universiteiten in binnen- en buitenland. De grootste van deze congreszalen is de UvA-zaal. Ook in de rest van het gebouw zijn Amsterdamse details te vinden: op elke verdieping is een panoramafoto van de stad te zien, en op de bovengrondse warmtekoude-opslag in de tuin staat in verschillende talen het NAP aangeduid, als verwijzing naar het oude gebouw waar deze NAP-lijn in de lobby aanwezig was. Tot slot is in de tapijten het rood van het stadswapen terug te zien.