Wonen op een oude werf
Aan de noordelijke IJ-oever, ten oosten van het Noordhollandsch Kanaal, ligt het IJ-plein. Een kleurrijke woonwijk ontworpen door de befaamde architect Rem Koolhaas van het bureau O.M.A. (Office for Metropolitan Architecture). Het IJ-plein is tussen 1982 en 1988 aangelegd op de voormalige werf van de Amsterdamsche Droogdok Maatschappij (ADM) en bestaat uit twee buurten: een stedelijk deel in het westen en een dorps deel in het oosten die van elkaar gescheiden worden door een groene zone. De ADM is in 1877 op initiatief van de Stoomvaart Maatschappij Nederland opgericht als scheepsreparatiebedrijf. Als gevolg van de verslechterende situatie van de scheepsbouwindustrie wordt de ADM-werf in 1978 gesloten waarna de haven en de terreinen werden overgedragen aan de gemeente om er woningbouw te realiseren.
Beschermd stadsgezicht
Anno 2020 heeft de gemeente Amsterdam ingestemd met het aanwijzen van het IJplein als beschermd stadsgezicht. Het feit dat het aangezicht van de noordoever van het IJ afgelopen jaren sterk is veranderd en er in de nabije toekomst alleen maar meer gebouwd zal worden heeft hiertoe bijgedragen. Het wordt belangrijk gevonden dit karakteristieke en waardevolle ensemble voor de stad te behouden.
Een blik op het IJ
In 1981 presenteert de dienst Ruimtelijke Ordening een plan dat geen waardering kan krijgen van buurtbewoners en woningbouwverenigingen. Het voornaamste bezwaar luidt dat de beoogde bebouwing de bestaande buurt visueel zal afsluiten van het IJ. Daarbij is men van mening dat met name laagbouw beter aan zal sluiten bij de traditie van de tuinsteden van Amsterdam Noord. De toenmalige wethouder Schaefer nodigt vervolgens het architectenbureau O.M.A. uit om in samenspraak met de architect van de dienst R.O. het plan aan te passen. Voor de verkaveling gebruikt O.M.A. modellen die als hoogtepunten worden gezien in de Moderne Beweging. Door deze uit hun historische context te halen en ze opnieuw te ‘monteren’, ontstaan nieuwe verkavelingsprincipes. Het ontwerpproces gaat gepaard met grote betrokkenheid van de toekomstige bewoners. Het oostelijk deel van de wijk bestaat uit lage strokenbouw afgewisseld met groen en collectieve tuinen. Het westelijke deel wordt gekenmerkt door langgerekte woongebouwen afgewisseld met ‘urban villas’ met een meer stedelijk karakter. Deze combinatie van dorps en stedelijk naast elkaar heeft een gevarieerd paradoxaal ogend project opgeleverd.
Aandacht voor groen
De regelmaat van het plan wordt onderbroken door diagonale straten en een driehoekig plein. Door het toepassen van ‘urban villas’ worden de gewenste transparantie en het vereiste aantal woningen bereikt. O.M.A. stelt hierbij de richtlijnen vast voor de architectuur, zoals de kleur van de gevelvlakken, maar een deel van de uitwerking is in handen van onder anderen Hein van Meer, De Kat en Peek, Peeters en Bogaerts en CASA. Naast het bepalen van het stedenbouwkundig plan heeft O.M.A. een groot aandeel in de inrichting van de openbare ruimte en de keuze van de vegetatie. Deze moet passen bij de in zachte kleuren gestuukte gevels. Zo is er gebruik gemaakt van inheemse boomsoorten en typische Hollandse groenelementen zoals sloten en volkstuinen. Tevens zijn er enkele sportvoorzieningen ingepast.
Lieke Haan