Van paardenstal naar kunstakademie
Wegens ruimtegebrek is de Rijksakademie van Beeldende Kunsten in 1992 verhuisd naar de Sarphatistraat. Koen van Velsen krijgt de opdracht de voormalige Cavaleriekazerne annex paardenstallen te verbouwen tot een huisvesting van de Amsterdamse Rijksakademie van Beeldende Kunsten. Van Velsen neemt ‘het ontmoeten’ als uitgangspunt en stelt daarom transparantie en zichtassen centraal in zijn ontwerp. Hij ontwerpt in totaal vijf nieuwe gebouwen waarvan er twee zijn gerealiseerd op de binnenplaats en drie aan het water aan de Mauritskade. Van Velsen ontwerpt een nieuwe structuur die gedraaid is ten opzichte van het bestaande gebouw, en via loopbruggen met elkaar is verbonden. De voormalige cavaleriekazerne is tevens een rijksmonument.
Opvallende nieuwbouw
Het oorspronkelijke gebouw heeft een samengestelde rechthoekige plattegrond, opgetrokken uit baksteen op een hardstenen plint. De indeling van de voorgevel is symmetrisch met een centrale toegang. Tijdens de verbouwing zijn de stallen van de voormalige kazerne verbouwd tot praktijkruimten. De restauratie heeft geleid tot een terughoudende, onopgesmukte achtergrond die past bij het karakter van het oorspronkelijke gebouw. Aan de zuidzijde is de kazerne doorbroken door een van de loopbruggen. Deze vormt de toegang tot de nieuwe kantine aan het water. De eerste verdieping van de kazerne is met vier transparante luchtbruggen verbonden aan de nieuwbouw op de binnenplaats. Deze bestaat zoals beschreven uit twee gebouwen. De nieuwe onderdelen zijn opgetrokken uit staal en glas; materialen die sterk afsteken tegen de bakstenen, gesloten oudbouw. Binnen de eenheid van het geheel hebben de nieuwbouwelementen een uitgesproken karakter en sfeer gekregen.
Lieke Haan