Vele stemmen maken landelijk architectuurbeleid sterk!

#24

05.09.23 Indira van 't Klooster

Op 21 juni jl diende SP-Kamerlid Sandra Beckerman een motie in met daarin de vraag om onderzoek naar een mogelijke terugkeer van een nationaal architectuurinstituut. [noot 1] De motie werd met een ruime meerderheid aangenomen. BBB, DENK en PVV stemden tegen, maar 122 volksvertegenwoordigers stemden voor. Er blijft dus draagvlak voor de motie ook in een nieuwe Kamersamenstelling na de verkiezingen in november. Sandra Beckerman zélf blijft in ieder geval ook in de Kamer.

Op dit moment wordt een ambtelijk antwoord op de motie voorbereid, maar in architectuurkringen deed de motie al veel stof opwaaien. Nieuwe Instituut reageerde met een brief in het NRC en diverse organisaties namen contact op met Beckerman zelf, waaronder de stichting Coördinatie Lokale Architectuurinitiatieven (CoLA), Arcam en AIR. [noot 2]. In afstemming met de ministeries van OCW en BZK en samen met IABR heeft het CoLA een brief gestuurd naar staatssecretaris Uslu. Ook hebben we input geleverd op de Kamercommissie BiZa voor het rondetafelgesprek over architectuurbeleid.

 

 

In onze brief pleiten we voor structurele ondersteuning van al die lokale architectuurinitiatieven die landelijk (inter)nationale ruimtelijke thema’s agenderen, alsook voor meer aandacht voor bouwcultuur (naast het nu dominante ruimtelijke-economische perspectief op de ruimtelijke opgaven). Ook hebben we gevraagd om een gesprek om kennis te maken en door te praten.

 

 

 

Goed woonbeleid kan niet zonder samenhangend landelijk architectuurbeleid

Voor Sandra Beckerman gaat haar motie allereerst over het recht op een goede woning voor iedereen. Een sterke(re) positie van de architect draagt daar aan bij. Onze brief biedt geen kant-en-klare oplossing voor de wooncrisis. We zijn ons ervan bewust dat door sturing op architectuurcultuur niet automatisch meer woningen zullen worden gebouwd. Maar goed woonbeleid kan niet zonder samenhangend landelijk architectuurbeleid. Onderdeel van goed architectuurbeleid is aandacht voor goed opdrachtgeverschap, een goede ontwerpcultuur en een sterkere positie voor de architect, die vervolgens mooie, betaalbare en duurzame woningen kan ontwerpen. [noot 3]

 

Zo sluiten we ook aan op Beckerman’s oproep om goede woningen voor iedereen te bouwen. Daarbij zijn juist ontwerpers in staat (integraal) te analyseren en alternatieven te verbeelden om zo de systemische veranderingen waar we maatschappelijk voor staan mede vorm te geven. Maar al hun kennis en kunde wordt niet automatisch begrepen en komt niet vanzelf terecht bij de gebruikers van architectuur en landschap. Enter de lokale architectuurinitiatieven.

 

 

Daarin hebben we veel aandacht voor erfgoed, geschiedenis en lokale context

De lokale architectuurinitiatieven en IABR zijn voorbeelden van organisaties die presenteren, agenderen en educatie faciliteren, kortom bewoners betrekken in het gesprek over de veranderingen in hun leefomgeving. Dat doen we onafhankelijk, toegankelijk en met de eigenheid van de verschillende plekken in het land van waaruit wij programmeren. Daarin hebben we veel aandacht voor erfgoed, geschiedenis en lokale context. Dat doen we met architecten, initiatiefnemers, politici, belanghebbenden en opdrachtgevers. Het nastreven van meerstemmigheid in het bespreken van ruimtelijke opgaven is des te belangrijker nu de huidige vormen van inspraak en participatie regelmatig spaak lopen door toenemende polarisatie en de complexiteit van de ruimtelijke opgaven.

 

Vorig jaar werkte Arcam aan oplossingen voor meer diversiteit in en meer snelheid bij het realiseren van wooncoöperaties. Dat deden we dat onder andere met Raumplan en de Amsterdamse wooncoöperaties (in ontwikkeling). Daarvoor organiseerden we lezingen over de regionale woningmarkt. Dit jaar vragen we aandacht voor een grotere fysieke toegankelijkheid van de gebouwde omgeving. Ook dat doen we niet zonder zowel gebruikers, ontwerpers en opdrachtgevers. Niet verrassend is dat bij het agenderen van het vastgelopen huisvestingsbeleid heel veel andere onderwerpen een rol spelen en dat een integrale, interdisciplinaire kijk op de opgaven cruciaal is.

 

De brief aan de staatssecretaris is ondertekend door CoLA en IABR. We hebben daarin ook bovenstaande netwerkanalyse opgenomen die we tijdens de afgelopen Dag van de Architectuur hebben gepresenteerd/besproken, en een overzicht van alle lokale en landelijke organisaties die elkaar via CoLA spreken. In september zal het CoLA met OCW verder praten. Landelijke organisaties, zoals NI, OCW en Stimuleringsfonds Creatieve Industrie hebben deze brief ook ontvangen.

Noot 1. Haar motie was, naar we vermoeden, onder andere een reactie op een radio-interview tussen Ninke Happel en Ed Nijpels.

Noot 2. Het bestuur van het CoLA bestaat uit Indira van ’t Klooster (Arcam, voorzitter), Barbara Luns (AiR, secretaris) en Gabriël Verheggen (ABC Haarlem, penningmeester). Sinds 2019 vergaderen we minimaal twee keer per jaar met de inmiddels ruim 40 aangesloten lokale architectuurinitiatieven, en wisselende landelijke organisaties. Het doel is tweeledig: het verbeteren van de dialoog tussen lokale en bovenlokale architectuur-gerelateerde organisaties, en het vaststellen van het thema van de jaarlijkse Dag van de Architectuur. De Rijksbouwmeester is sinds de oprichting ambassadeur van het CoLA. www.architectuurdag.nl. Elk lokaal architectuurinitiatief dat zich aangesproken voelt, kan zich aansluiten bij de vergaderingen.

Noot 3. Want het is ook nog van belang kwaliteit boven snelheid en kwantiteit te kiezen, zodat naast voldoende ook duurzame woningen kunnen worden gebouwd.

Netwerk Stichting CoLA (Coördinatie Landelijke Architectuurinitiatieven)
Website by HOAX Amsterdam